Het verhaal: Rond 1920 wordt de gehandicapte Gunther, na zijn eerste zes jaar van lijden en eenzaamheid, naar het dorp Bethel gebracht, in Noord-Duitsland. Het is een bijzonder dorp, waar epileptici en verstandelijk en lichamelijk gehandicapten met grote zorg worden opgevangen en waar men leeft uit de oneindige liefde van Christus, onder de inspirerende leiding van dominee Fritz von Bodelschwingh. Gunthers leven wordt voortaan bepaald door die liefde, onderlinge saamhorigheid en de vreugdevolle wetenschap dat God ook hem in Zijn hart gesloten heeft.
Maar dan volgt de donkere nacht van nazi-Duitsland. Steeds sterker dringt, ook in Bethel, het besef door dat er in Hitlers rijk geen plaats is voor zwakken en misvormden. Voor dominee Fritz von Bodelschwingh en zijn vrouw Julia begint de zwaarste strijd van hun leven: het gevecht op leven en dood voor het Goede dat ten onder dreigt te gaan tegen het Kwaad.
Dit waar gebeurde verhaal illustreert aangrijpend wat geloof, hoop en liefde zelfs onder de zwaarste omstandigheden vermogen. In haar Woord Vooraf zegt de schrijfster: 'Ik zou nooit hebben kunnen vermoeden dat het goede zo opwindend en uitnodigend kon zijn als ik het aantrof in Bethel'.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten